Alle hens aan dek, de Bermuda Driehoek

1248 mijlen hebben we voor de boeg en dan is het lastig plannen. Gaat de wind doen wat het weerrapport aangeeft en dan zeker in de tweede helft van de trip. Eén ding is duidelijk, het zal geen gemakkelijke oversteek worden want de wind waait niet uit een constante hoek (we zien zelfs windstilte gebieden) en aan het eind (uitgaande van een dag gemiddelde van 130 mijlen) wordt er weer een sterk windveld voorspeld (of toch weer niet?). Alle hens aan dek dus en zo verlaten we voor de tweede keer St Thomas maar nu wel de goede kant op: noordwaarts (met een sterke west component) met als geplande aanloophaven Charleston, South Carolina.

Wat is zeilen toch veel plezieriger als de wind een beetje van achteren komt. Met een nieuwe omvormer varen we het stuk waar we verleden week bijna twee dagen over hebben gedaan (St Thomas → St Martin) nu omgekeerd binnen een dag en zo zitten we al vroeg in de morgen na het inklaren als ontbijt pannenkoeken met stroop te eten (kan het Amerikaanser?).
We blijven niet hangen in Charlotte Amelie en halverwege de dag liggen we achter het anker in University Brewer’s Bay, volgens de pilot een verlaten oord, goed beschut tegen de heersende (ZO) winden, met zicht op de landende vliegtuigen (Cyrill King Airport). Er zijn meer mensen die dit soort plekken op zoeken want het gebied is al aardig gecultiveerd (er staan zelfs douches op het strand) en er is op loopafstand (maar wie, in hemelsnaam, loopt hier op dit eiland) een supermarkt die ik met Olle bezoek voor de laatste verse dingen en het downloaden van onze kranten (altijd weer lekker voor onderweg).

De eerste dag vinden we altijd de moeilijkste. We zijn dan nog niet in geslingerd en we slapen slecht omdat we het ritme nog niet te pakken hebben. Maar vanaf dag twee raken we in de “flow” en gaat alles beter. We worden bij deze oversteek de eerste dagen geholpen door een goede bakstagwind die er voor zorgt dat we een mooie 160 mijl per dag maken. De windvaan stuurt voor ons maar door de af en toe vlagerige wind (van steady 18 knopen tot opeens uitschieters naar 25) en het soms warrige golfpatroon moeten we de windvaan regelmatig bijstellen. Dat geldt ook voor de zeilen; een rif erin, eentje erbij, er weer eentje uit, of de tweede ook, de kluiver wat indraaien, weer meer voorzeil geven, wat spelen met de kotter, we blijven er fit (en alert) bij. Maar jeetje man, na vier volle dagen zeilen zijn we al over de helft. We beginnen al plannen te maken voor onze “landfall”.
Pas na de vierde dag begint het allemaal een beetje rustiger te worden en varen we met vol tuig; het grootzeil aan de ene kant en de kluiver uitgeboomd naar de andere kant onder een schijnbare wind hoek van 150 graden, met de kotter er weer tussen in. Zachtkens wiegt ons bootje en we realiseren ons dat we nu onze voorzichtig geplande oversteektijd van acht dagen niet gaan halen maar “who cares”. We genieten ! en wat maakt het ons nu uit of we op zondag of op maandag te Charleston aankomen. Het comfort is er ook naar en we slapen weer bij wat we de voorgaande dagen tekort zijn gekomen (laat onverlet: 120 mijlen t.o.v. 160 mijlen op een dag is wel een heel verschil, maar het gaat zoals het gaat).

We zijn ondertussen goed in geslingerd. Aan de blaf van Olle kunnen we horen wat er moet gebeuren. Een felle blaf betekent; ik moet een plas (op mijn verzoek wordt er dan ook wel even een drol gelegd – dan is dat maar vast gedaan ), meerdere blaffen betekent dat de waterbak bijgevuld dient te worden en een klagerig gezang geeft aan dat hij behoefte heeft aan gezelschap, dus krijgt ie een zetje onder z’n kont (zelf de trap oplopen mag (en doet) hij niet, en is Olle korte tijd in de kuip, dan geeft hij al vrij snel aan “ik wil weer naar binnen” waar het veel koeler is (zijn favoriete plaats is onder de tafel tegen de bank aan).

 

’s Nachts is dat anders. Dan komt ie altijd (als het niet te hard waait) een uurtje in de kuip bij me liggen en zo kennen we nu in het Nederlands het begrip “hondenwacht”.

 

 

We varen in de beruchte Bermuda Driehoek. Opeens kunnen we niet meer mailen (dus ook geen weerberichten binnenhalen) maar na een dag wil het weer. Als we uiteindelijk op Charleston aan willen koersen (nog 100 mijl te gaan) vragen we ons vertwijfeld af wat we aan het doen zijn. Hoe we ook varen, we hebben zoveel stroom tegen (golven die in elkaar omhoog klotsen), in combinatie met een westen wind terwijl er een oostenwind zou moeten waaien, dat we geen enkele voortgang meer maken en we uiteindelijk besluiten om Charleston maar op de terugweg te doen en op te stomen naar Beaufort NC. Wel 140 mijl verder maar we willen toch naar het noorden en als naar het westen niet wil dan maar zo. Vanaf dat moment “glijden” we weer door het water.
Ondanks de vele mijlen extra komen we toch nog op maandagavond 00.00 uur in pikkie donker aan in Beaufort N.C. (dat N.C. moet er wel bij omdat er in South Carolina ook een Beaufort is). Anker uit en pitten. Weer even meer dan 1400 mijlen gevaren, alsof het niets is.

Voor ons gevoel kan het bijna niet méér Amerikaans, het straatbeeld van Beaufort NC. Brede lanen, veel groen en alle huizen “bevlagd”. Scenes uit Homeland zouden hier zo gedraaid kunnen hebben.
Winkels kennen ze er niet maar dan rij je toch even naar Morehead, een 15 mijl verderop? En zo stap ik de volgende dag op de fiets. Gelukkig kent de Highway naar Jacksonville (de enige weg om er te komen) 6 rijstroken waarvan ik de meest rechtse gebruik en er wordt goed rekening met me gehouden. Al ver van te voren gaan ze naar de andere baan.
Vanaf nu hebben we elke maand 7 Gb te “verspijkeren” al kostte het wel enige moeite. Zowel onze router als de hiervoor nieuw aangeschafte telefoon op St Maarten worden door de provider niet herkend dus zijn we genoodzaakt nog een (simpele) telefoon te kopen waar we een hotspot op kunnen maken. Als je dan wilt betalen wil dat weer niet omdat je als niet ingezetene geen zip code hebt (een soort postcode) dus weer op het fietsje naar de dichts bij zijnde tap machine.
Enfin, na slecht 2 uurtjes stap ik weer op de fiets en rij ik Trumpiaans (= Stenen first en dan pas al die auto’s) in een dik uur weer terug over de Highway en kunnen we zelfs vanaf de Livingstone dit bericht versturen (wat een luxe).

Pas nadat we Cape Hatteras hebben gerond voelen we ons “safe” voor mogelijke hurricane’s dus gaan we anker op met als doel Norfolk VA, de marine basis van de US. Door de weinige wind (< 10 knopen = zeer lichte bries), afgewisseld door hele felle onweersbuien met heel veel wind en regen met name op de eerste dag ( >35 knopen, dus niet leuk), doen we er twee dagen over en vinden een mooie ankerplaats op de rivier precies tussen Norfolk en Portsmouth in.

Als we moe maar voldaan binnen zitten bij te komen horen we de naam van de Livingstone roepen. Of we zin hebben om Independence Day te vieren met Gary en Greta, dus of we mee willen komen naar de Norfolk Yachtclub, al waar we nu liggen. Nog mooier dus en wat blijkt: er wordt voor ons gewassen, boodschappen gedaan, etc. We hoeven maar te kikken of . . . . . . . . . . . . . . . . . en dat allemaal omdat we lid zijn van de Ocean Cruising Club (we waren gespot).

We blijven hier zeker een paar daagjes liggen.

 

6 Replies to “Alle hens aan dek, de Bermuda Driehoek”

  1. Nu worden we alweer jaloers. Wat een mooi stuk gevaren. De blijheid straalt er vanaf in jullie verhaal. Zal in het echt wel niet altijd kloppen, maar toch. Wij zijn onderweg in de binnenlanden van het Germaanse. Bossen, wouden, heuvels, roofvogels en zwaluwen. En niet te vergeten stortbuien en windvlagen, af en toe lijkt het herfst afgewisseld met een zwoele natte warme dag. Maar voor alles, we hebben het ook naar ons zin. Het ga jullie goed! Groetjes Rob en Nienke

  2. Dit leest weer als een spannend jongens/meisjesboek…fijn dat jullie alweer zo “hoog” zitten,ik,had me al afgevraagd hoe dat kwam met de hurricanes want ik meende me iets te herinneren van een fikse storm bij New Orleans kortgeleden.Geniet van the greatest country in the world(althans voor Trump)en verbaas je over een volk dat zo’n man in het zadel houdt.Wij gaan met de camper naar Zweedse wateren,dat wil zeggen we kijken ernaar vanaf de wal.liefs uit Groningen

  3. Hallo Jan en Corry. Mooie prestatie deze prachtige zeiltocht van jullie en ook een mooi verhaal over jullie zeilbelevenissen. Goede tijd en verblijf in de US en een behouden vaart verder gewenst.
    Wij liggen nog op de Canarisch. Geen hurricanes hier, altijd voorjaarsweer.
    Groeten Theo en Mieke.

  4. Mooie tocht Livingstone.
    Ga ons OCC vlaggetje ook maar weer ophangen kijken of dat klikken hier ook werkt.

  5. Weer fijn om te horen dat alles marcheert zoals het moet. Mooie tocht. Goed verhaal en weer een hoop ervaring rijker. Blijf mailen!
    Hier aan anker in de Med. ook alles naar wens. Dochter Margret zeilde 10 dagen mee en vertrekt morgen weer naar Nederland. Een weekje in de haven en dan solo weer voor ???? er op uit. Beste groet. Dick.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *