Maine . . . . . . . . . . . . verrassend weer

Bim, bam, bim, bam, bim, bam. We worden ter kerke geroepen en staan dan ook klaar. Netjes in de kleren, tandjes gepoetst en de haren gekamd. Bim, bam, bim, bam, bim, bam.

Niets is minder waar want we liggen net buiten NorthEast Harbor vlakbij de eerste rode ton en die klepelt er lustig op los door de lichte deining die er vanaf de oceaan onder, ook ons, doorrolt. Er was gisteren geen plaats meer (waar lazen we dat ook al weer) en we werden verzocht om buiten te ankeren. Na een onstuimige nacht is de rust wedergekeerd (met als gevolg mist) en liggen we te wachten of we vandaag geteld kunnen gaan worden. Varen in Maine, we zijn er ondertussen wel achter gekomen dat het je blijft verrassen.

Of je nu op ondiep water vaart (zeg maar 20 meter of minder) of op open water (80 tot 100 meter), overal kom je potten tegen. Als kreeft heb je volgens mij geen leven want die ijzeren korven waar je in moet kruipen liggen echt overal (als ik kreeft was zou ik het wel weten, op naar andere wateren).
Het is dan ook geen lolletje om er doorheen te varen, ten minste op de motor, want je zal zo’n touw maar in je schroef krijgen. “Op zeil” hebben we geen probleem want door de vorm van ons onderwaterschip glijden de “trap” lijnen langs de romp, al blijven we wel ons best doen er geen één te raken.

Camden is vol. Hoewel we een mooring hadden gereserveerd (dachten we) blijkt bij aankomst dat er alleen eentje is voor de vrijdag en de zondag, dus zouden we tussendoor even moeten verkassen. Omdat we daar geen zin in hebben gaan we maar achter ons anker liggen. Weliswaar een beetje verder weg van het “dinghy dock” maar zo blijkt, prima te doen (en voor nop).
We zijn als enige Nederlanders aanwezig op de Rally and Mini Cruise of the Ocean Cruising Club en dus we worden speciaal welkom geheten. Iedereen (de andere 130 aanwezigen) weten dan gelijk wie je bent. Omgekeerd is dat bij lange na niet het geval. “Hi Jan” (ik bedoel natuurlijk how are you doing?), “uh hallo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .” ?

Het ochtend programma van de Rally valt ons een beetje tegen (het leek me kicken iets te horen en te zien van de Noord West Passage). Nou ja, het zijn mooie foto’s maar wat wil je ook als je met een 40 meter jacht langs Groenland vaart met alle comfort op z’n Amerikaans. Alleen maar foto’s met een zonnetje erop (die schijnt ook 24 uur), hoe een ijsbeer eruit ziet wisten we al en dan wordt er ook nog halverwege afgestapt dus we hebben nog steeds geen goed beeld van de Noord West Passage (zullen we het dan zelf maar gaan doen?).
We treffen het met onze tafelschikking bij de lunch en zo krijgen we in no time veel informatie over het gebied dat we de komende tijd gaan bezeilen, met gelijk uitnodigingen voor bij hen thuis als we in Massachusetts, of Annapolis, of South Carolina, of Florida komen (waar tafelgenoten al niet handig voor zijn).
Voor de avond worden we uitgenodigd voor een jazz concert in Portland, een andere Maine havenplaats. Steengoede muziek, in de open lucht, het was echt genieten en zo varen we heel jazzy aan het eind van de avond weer terug naar ons bootje. Morgen de start van de Mini Cruise.

Als “vreemden“ in dit gebied hebben we een buddy boot toegewezen gekregen maar omdat we graag op weg naar de eerste ankerplaats een vuurtoren willen bezichtigen gaan we maar vast op weg (onze buddy is nog niet zover). En ach, zo moeilijk is het ook weer niet. Het zijn meer die verrekte potten die me af en toe opbreken (lekker ontspannen in de kuip zitten is er niet bij; zelf sturen is het devies).
Het is alsof we rondvaren in de Finse Archipelago en dat zullen we nog vele malen herhalen. Overal prachtige eilanden met ankerplaatsen, perfecte zeilomstandigheden en alles in een heerlijke aangename temperatuur (wat voor mij betekent dat ik niet meer in de blote bast rond loop, zo frisjes vind ik het, maar Corrie geniet, om maar te zwijgen van hoe Olle het vindt).

We ondervinden aan den lijve dat het weer in Maine behoorlijk kan schommelen. Zo vaar je in de zon, en zo kijk je opeens tegen een muur van mist aan. Het is ook vanwege de mist dat we met z’n allen besluiten een dag te blijven liggen, dus volop gelegenheid om bij elkaar op bezoek te gaan. Iedereen wil graag met ons kennis maken en weten hoe het in “the Netherlands” gaat (sommigen zijn er ooit geweest) dus de uitnodigingen om langs te komen zijn talrijk (we hoeven dan ook niet zelf te koken, altijd weer gemakkelijk, ja ik hou hier wel van).
Wat we gelukkig ook niet zelf hoefden te doen was het klaarmaken van de lobsters, afgeleverd op onze eerste ankerplaats. We kregen ze levend aan boord maar ze gingen er ook levend weer af (YES!) onder het mom van “onze pannen zijn te klein” (laat dat nu echt zo wezen). De conclusie is dan ook gerechtvaardigd dat het joekels waren en we hebben er dan ook zeer ruim van gegeten. Een delicatesse, maar of we het ooit zelf gaan doen weet ik nog niet zo.

De vier dagen mini cruise onder de vlag van de Ocean Cruising Club zijn voorbij gevlogen. De laatste dag bezoeken we de “Wooden Boat School” te Eggemoggin Reach. Vanaf juni tot aan oktober worden er naast cursussen op het gebied van hoe bouw ik een boot (op verschillende niveau’s), ook zeilcursussen gegeven (vanzelfsprekend in de eerder gebouwde boten) en cursussen, nauw verwant aan het zeilen in traditionele boten, zoals rigging, marine painting and varnishing, making friends with your marine diesel engine, etc etc. Het lijkt ons wel wat (ik wil zeker een diesel vriendje) maar nu niet. Het wordt nog een hele toer om op tijd in New York te zijn want we hebben nog veel te doen en ook het weer is een factor waar we rekening mee moeten houden.

Na een zeer gezellige gezamenlijke afsluitende avond op het land drinken we nog een berenburger met onze buddy’s. We zeilen de volgende dag in de regen verder noordwaarts. Alleen, en op naar NorthEast Harbor (Mount Desert Island), een trip van 25 mijl, waar we Ron en Nancy van de Mandala weer zullen zien (we hebben hen ontmoet in Mindelo en als we in Maine waren waar ze wonen, moesten we zeker langs komen).
Zaten we een dikke week geleden nog te puffen in de hitte, nu maken we de boot als we zijn aangekomen, snel anker klaar (in de haven dus geen plaats) en gaan we in de boot zitten met de kachel aan. Het kan verkeren maar we vinden het prima. Het bevalt ons hier wel.

Mount Desert Island, het eiland doet zijn naam eer aan. Het is niet voor niets dat ook de Holland America Line met haar schepen dit “eiland” aan doet. MDI is verbonden door een brug met het vaste land en men heeft aan het begin grote parkeerplaatsen gebouwd waar vanuit gratis bussen in een strak schema over het hele eiland rijden. Minder auto’s, minder uitstoot en dat allemaal dankzij een rijkaard die het hele vervoer voor zijn rekening neemt (de natuur bloeit en groeit dan ook).
We boffen, want na de regen, wind en mist (we varen op onze elektronische kaart de haven binnen nadat we hebben een plek toegewezen hebben gekregen) klaart het de volgende dag op en doen we zonder kaart onze eerste hike. Uiteindelijk (pff) komen we weer uit waar onze dinghy ligt, maar wat hebben we dit klauteren door de bossen gemist. Morgen weer en dus zitten we de volgende dag in de bus op weg naar de top van Cadillac Mountain. Het laatste stukje doen we liftend want de bus gaat er niet naar toe. Je zet Olle goed neer, je steekt een duim op en in no time zit je in een auto op weg naar de top. Die tip kregen we van Ron en Nancy.
We doen gemakkelijk dus we gaan niet berg-op maar naar beneden, maar dit is vooral omdat we zo een veel mooier uitzicht hebben. Komt de Amerikaan met de auto boven, hij gaat in tegenstelling tot ons ook weer met de auto naar beneden en daarom zijn we bijna helemaal alleen. Het kan niet mooier, zon, wind en een aangename temperatuur en inderdaad één van de mooiste hikes die we tot nu toe gedaan hebben.

Olle laat duidelijk blijken dat hij last heeft van zijn ledematen na al dat gewandel. Hij vertikt het om nog een poot voor de andere te zetten en hij heeft zichtbaar pijn. We verkassen naar SouthWest Harbor (slechts 3 mijl) waar we met hulp van de port officer van de OCC een afspraak maken met een dierenarts (die mensen zijn goud waard; “oh nee; jullie gaan niet met een zieke hond met de bus, jullie worden gebracht!”).
Just for sure. En zo zijn we na een consult van 10 minuten 140 dollar armer maar met een goed bericht. It’s a good dog, “meer dan 11 jaar oud dus heel gewoon dat het bewegingsapparaat wat minder wordt dus geen zorgen; bij pijn een pilletje erin en hij kan heel oud worden”. We zullen Olle vanaf nu niet meer bij al onze tochten mee nemen. Voor Olle geen ramp (eindelijk eens ongestoord overdag een lange tuk maken), voor ons zal het eerst wat wennen worden zonder een zwarte te lopen.

We worden geholpen op onze eerste hike zonder Olle. We hebben het eerst niet door maar we worden gevolgd. Als we het merken en stil staan krijgen we zelfs alle gelegenheid voor een fotoshoot, waarna Rupert er met grote sprongen vandoor gaat.
Ook wij gaan weer verder. We zijn nog lang niet uitgekeken en uitgehiked, maar een ander stuk van het eiland “doen” heeft ook zijn charme enne heel even zeilen.

 

Ter afsluiting worden we uitgenodigd voor een cocktail (beer, wine and drinks) bij Susi Homer (port officer of Maine). Na eerst de bekende zeil verhalen/belevenissen, waar kom je vandaan etc, etc, komt het gesprek terecht op het land USA dus op Trump. De aanwezige Amerikanen schamen zich en weten zich geen raad met deze man. Hij is dom, een one eighty person, oneerlijk, geldbelust, geen leider en ga zo maar door. Wat gaat er met “ons Amerika” gebeuren. Het is ontluisterend, verbijsterend, dramatisch om te horen hoe er over deze man gesproken wordt (maar hij zit er wel) en hoe men vindt dat het land naar de kl . . . . . . . gaat. Nog 3 jaar en drie maanden en dan wordt gehoopt op weer echt leiderschap. Het is een lange, boeiende, maar ook een verhelderende avond. Met iets minder helderheid komen we weer terug aan boord met de wetenschap dat meer dan de helft stemmen krijgen niet altijd genoeg is voor de overwinning. Wij gaan morgen maar lekker zeilen, de rood wit blauw achterop.

7 Replies to “Maine . . . . . . . . . . . . verrassend weer”

  1. Zo te lezen goed dat we 1,5 jaar geleden lid zijn geworden van OCC. Alleen is de vliegende vis met mast overboord gegaan. Daar moeten we voor Amerika nog even aan werken. En trek nou gewoon een keer de stoute schoenen aan en kook een kreeft en maak kreeftensoep (ook al is de pan te klein). Niet te versmaden. Diervriendelijke tip, mes net achter de kop steken en in 1x dood, dan in de pan (durf ik ook niet hoor maar doet Rob). Geef die kanjer van een Olle maar een dikke knuffel, wat zijn honden toch geweldige kameraden (in tegenstelling tot kreeften).

  2. Hallo Jan en Corrie, wéér een leuk verhaal. Voor ons heel herkenbaar want we kennen Maine, van de landkant dan. Prachtig gebied hè. Wij varen nog rond in DK. Vandaag een windstille dag op Avernakø. Volgende week gaat de Anna Maria weer in de loods. Veel plezier nog daar aan de overkant. Hartelijke groeten,
    André en Anne Marie

  3. Wat is het toch genieten, jullie reisverhalen. En vooral klinkt het zo onwerkelijk, als je hier in Friesland achter het bureau zit! Olle, even oud als Katootje, zal blij zijn dat hij niet altijd mee hoeft op die sportieve tochten! Onze Katootje vertoont hetzelfde gedrag: heerlijk langs het strand banjeren, maar daarna heeft ze het helemaal gehad.
    En ja, die Trump, bijna dagelijks verschijnt er wel een deel van de soap in het nieuws. We raken er bijna aan gewend. En ja, hij zit wel op die stoel……..

    Alle liefs, en heel speciaal voor Olle,
    Alex en Clem

  4. Weer een prachtaflevering om te lezen. En wat een mooie foto van Corrie en Olle. Wandelen zonder hond is inderdaad raar maar je ziet wel meer wild. Dat is de troost. Veel hartelijks van ons en de gehele kinderboerderij.

  5. Hallo Corrie en Jan,
    Bedankt weer voor jullie mooie update. Genieten maar. Voor ons ook wel een beetje bekend omdat we een aantal jaren geleden ook in die contreien (wel wat noordelijker- Fundy Bay- Canada) hebben rondgevaren. Lobsterpotten en mist weten we alles van.
    Wij zijn weer terug van een rondje Sjaelland en Fynen. Stockholm hebben we achterwege gelaten ivm aanhoudende oostenwinden, maar we hebben fantastisch gezeild deze trip en bovendien veel gefietst, hardgelopen en musea bezocht, dus heel tevreden.
    Veel plezier,
    F&M

  6. goed om te lezen hoe deze Amerikanen over hun president denken.. Dat zeezeilen van jullie wordt steeds meer een vakantie met de zeilboot. Zou mij ook beter bevallen! Leuk dat jullie ondanks al het lekkers uit zee onze onvervalste Berenburg nog schenken!

  7. laat ik nou altijd gedacht hebben,zeezeilers zijn een beetje van die types die van stilte houden,alleen zijn met de elementen enzovoort.na al jullie verhalen moet ik dat bijstellen, het gaat om een stukje zeilen en dan steeds maar weer bij iedereen aan boord, partys,bij mensen thuis dineren,gebracht worden naar de dierenarts enzovoort.zo leer ik er ook nog wat van.fijn dat jullie niet in de buurt van Texas e.o zitten.maar daar is natuurlijk over nagedacht.dat moeten ze daar ook wat meer gaan doen.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *