Na het “slechte” weer (het viel wel mee) zijn we op donderdag weer terug gevaren naar La Rochelle. Eén druk op de knop en voor de liefhebbers was onze rechte lijn van haven naar haven te volgen op Marine Traffic. 12 mijlen in minder dan 2 uur, geen slechte score voor de zwaar beladen Livingstone.
We brengen de fiets van Corrie naar de fietsenmaker want er werken maar 3 versnellingen i.p.v. 6 en dat is in heuvelachtig terrein een handicap. Op de terug weg halen we ons pakketje op bij de Yanmar dealer en klaar is Kees. Groot is onze verbazing dat ons oude, niet meer werkende apparaat, 5 draden kent en de nieuwe slechts 4, met ook nog een ander aansluitschema. “Madame, monsieur (de monteur van de Yanmar dealer), c’est très simple”, gewoon de pluggen in elkaar drukken, want het nieuwe systeem past volledig op het oude. Et voila, de uren dat de motor draait worden weer netjes bijgehouden. Omdat de depressies ons parten blijven spelen, besluiten we het weekend te blijven liggen en plannen een bezoek aan het Musée Maritime. We krijgen het voor elkaar dat we Olle mee mogen nemen (wel bij de kassa achter laten met de nodige snoepjes). In het museum staat centraal hoe in de vorige eeuw de weerberichten werden samengesteld op boten die op de Oceaan lagen. De France 1 is zo’n boot. We lopen haar helemaal door. Buiten ligt de Joshua van Bernard Moitessier, één van de eersten die mee deed aan de toenmalige Vendée Globe. Hoewel hij in een kansrijke positie lag om te winnen besloot hij na 1x rond te zijn geweest door te varen (hij is uiteindelijk op Tahiti beland). Een bijzondere man. Natuurlijk moest ik even proberen hoe het voelde in de kuip van de Joshua te staan.
Hoewel het weerbericht geenszins spreekt van standvastig weer (eerst een noorden wind, dan een westenwind, geen wind, een straffe oostenwind en dan weer een westenwind voorafgegaan door opnieuw een windstilte) besluiten we toch na het weekend de oversteek te wagen naar Santander. Met een goede vaarplanning kunnen we zo heel mooi in 36 uur Santander bereiken. Vroeg op dus want het is een dikke 180 mijl en willen we voor het donker wordt aankomen, dan moeten we zeker om 8 uur varen en zo geschiedde. Wollen sokken, thermisch ondergoed, warmtepak, daar overheen het zeilpak, handschoenen, sjaal en muts op, ja het voorjaar doet zijn naam eer aan. Zo varen we naar het puntje van Ile D’Oléron waar we omheen moeten. Het is net alsof we het zeegat tussen Vlieland en Terschelling uitvaren: stroom mee maar wind tegen en dat geeft een golven. Niet te geloven (daar is de Stortemelk niets bij) met als gevolg zo ziek als een hond. Ook Corrie is niet helemaal OK dus we verleggen de koers naar Royan, een havenplaats aan de monding van de Gironde. Dankzij de pilletjes kikkeren we weer op en de omstandigheden zijn van dien aard dat we ter hoogte van Royan besluiten niet naar binnen te varen maar alsnog door te varen en gaan we een koers voorliggen van 220. Na de voorspelde windstilte (5 uur motoren) kunnen we de oostenwind oppikken en dan gaat het goed los. Die voorspelde wind is een beetje boel sterker (6 – 7 bft) en dat geeft een zeer vervelende golfslag, eentje waar de golf van Biscaye zo berucht om is. Het IJsselmeer is er niets bij. Het wordt afzien (af en toe een pilletje) maar de beloning is er naar. We zien zo tegen schemering de volgende dag land : Spanje
![]() |
| eindelijk Spanje (goed kijken) |
We krijgen het de laatste twee uren nog even goed voor de kiezen. De voorspelde westenwind (het weerbericht klopte als een bus, alleen was de wind een beetje meer) had ik liever wat later gehad want nu werd het batsen. Bakken water kregen we over, maar hoe dichter bij de kust, des te rustiger. In een zee van lichtjes – Santander is tegen een heuvel gebouwd – varen we de rivier op en leggen uiteindelijk om 23.00 vast in de jachthaven midden in het centrum. We melden ons bij de havenmeester en die geeft doodleuk aan dat we hier niet mogen blijven liggen. We zijn te groot. Een belachelijke redenatie omdat we de Livingstone in een box hadden gevaren naast een boot die even groot was als de onze. Hoezo te groot maar vertel ze dat maar eens in het Spaans als je geen woord Spaans spreekt en zij – ja echt- geen woord Engels. Ik kon dus praten als Brugmans (ik werd zelfs naar de president van de club gebracht) maar het resultaat bleef dat we konden vertrekken. Dat is nog eens aankomen.
Gelukkig was de volgende jachthaven een klein uur verderop en daar legden we om 01.00 uur vast.
Hadden we de juiste beslissing genomen om toch door te varen? Achteraf is alles gemakkelijk te verklaren, maar het was of langs de Franse kust zuidwaarts hoppen zonder wind (dus of motoren of wie weet hoeveel weken wachten op de goede wind) of in één keer naar Santander. Het was een heftig tochtje, niet zo zeer veroorzaakt door de straffe wind maar wel door de rare korte golven) en we zijn ook best wel trots dat we dit hebben volbracht. De staart van Olle staat dan nu ook recht omhoog.
Na zo’n tocht is het altijd schoon schip maken dus ook nu. De zeilen schoon gespoten, idem de boot en dat geldt ook voor alle lijnen. Wat kleine reparaties gedaan aan de zeilen en ondertussen genieten we van het lekkere weer. 22 graden en af en toe zon. Je krijgt wat je toekomt.
Corrie meldt (ze had dat op zee al geconstateerd maar voor me verborgen gehouden wat mijn gemoedstoestand dan op peil houdt) wat “bruin gekleurd water” in de bilge. Ik vind dat soort meldingen nooit leuk maar we maken het droog. Wel ruiken we aan het doekje waarom het bruin is; een alcohol geur? maar dan valt het kwartje. Door al het gehobbel is mijn verjaarscadeau van Tante (een goede Black Label) gesneuveld. Al ruikt de boot nu heel erg lekker, wel zonde, maar we denken maar: ”scherven brengen geluk” en Tante, ik kom van de zomer nog even bij je langs om een nieuwe op te halen. Ik meld me van te voren.
![]() |
| wat ook een belachelijk dun glaswerk |
De afgelopen maanden hebben we veel in havens gelegen achter een drempel/sluis. Voor de kust ankeren was geen optie maar daar gaat nu verandering in komen. Hier (de noord kust van Spanje) kunnen we volop beschut achter ons anker liggen en op schoon water i.t.t. het water in de havens van Frankrijk. We stellen dan ook nu pas de watermaker in bedrijf (fijn dat we even konden sparren met Rob Wink van Serieus Seatools) en we zijn nu helemaal selfsupporting. Een nieuw gebied om te ontdekken (zie onderstaand kaartje) maar we onthouden dat we hebben “bewandeld”. Het kan niet toepasselijker weergegeven worden dan door onderstaand gedicht dat we tegenkwamen op een boot in Frankrijk,
Voyageur, le chemin
C’est les traces de tes pas
C’est tout: Voyageur
Il n’y a pas de chemin,
Le chemin se fait en marchant
Et quand tu regardes en arrière
Tu vois le sentier que jamais
Tu dois à nouveau fouler
Voyageur! Il n’y a pas de chemin
Rien que des sillages sur la mer
Tout passe et tout demeure
Mais notre affaire est de passer
De passer en traçant
Des chemins
Des chemins sur la mer
Antonio Machado
![]() |
| van La Rochelle naar Portugal |




Proficiat jongens met dit ruige oversteekje, chapeau!
Een aantal jaar geleden heb ik met vrienden in omgekeerde richting de oversteek Santander-La Rochelle gedaan met veel minder wind. Ik zou zeggen ga lekker hoppend de spaanse noordkust langs. Er zijn een heleboel prachtige haventjes met veel vriendelijker mensen dan in Santander.
Pero la gente no habla mucho Ingles; es necessario hablar español mucho!
Veel succes verder, Frank
Wat een geweldige oversteek en wat prachtig verwoord! Het leest als een spannende roman.Nu maar even kalm aan daar zou ik zeggen.Wij zijn Spanje al weer uit en rijden morgen Nederland weer binnen voor een goede maaltijd in zuid Limburg….behouden vaart,ook namens Nelleke!
Geweldige blog, de kwaliteit wordt steeds beter. Mooie foto's en indrukwekkende persoonlijke verhalen. We lezen ze graag. Vanuit een zeer zonnig Denemarken, Høruphav lieve groet van ons twee.,Rob en Nienke