Toch nog maar een keertje bellen met Daan. Hij zit op dit moment in Brazilië te wachten op zijn schip, dus hij heeft alle tijd en het is altijd weer leuk om het over van alles te hebben. Het irriteert me mateloos dat we, ondanks het instellen van de tracker in ons blog, niet realtime (als je dat zou willen) te volgen zijn. We hebben de hele procedure toch heel netjes gevolgd en waarom wil het dan niet.
We voelen ons, ondanks alle kennis die we hebben (laten we dat toch ook maar even noemen), soms ontzettend oenig en dan vooral op ict gebied. We worden ook wel een beetje lui gemaakt door alle support die we, waar we dan ook zijn, van Daan krijgen (en laat dat vooral zo blijven). De enige voorwaarde is dat we online zijn. Dan wordt onze pc in no time overgenomen en klaar is Kees. Nu bleek dat, nadat we alles voor onze trackerr op de juiste wijze hadden geïnstalleerd – ik vermeld even specifiek door ons – we het apparaat hebben gereset en JA , dan ben je wel je nieuw ingebrachte instellingen weer kwijt en dus geen track van Aruba naar Santa Marta. Dom? Een beetje maar ach, de tracker werkt weer!
We zijn alleen op zee als we naar Klein Curaçao varen. Windje van achteren en we “doen” het alleen op de kluiver. Op het moment dat we aankomen maken de cruiseboten, met dagjes mensen vanuit Curaçao, aanstalten om weg te gaan en na het ankeren (appeltje eitje met gelijk op de goede lengte) hebben we het eiland voor ons alleen. We zwemmen naar de kant en gaan op pad. Er is genoeg te zien.
Het zal je toch overkomen, stranden op een hoopje zand. Van de Maria Bianca Guidesman verdwijnt elk jaar weer een stukje en mijn inschatting is dat er over 30 jaar niets meer van over is. Wat is er op die dag toch gebeurd. In elk geval heeft de zee hier gewonnen.
Wij houden de Livingstone op de juiste koers dus niet “erop” maar er “omheen”. Na twee dagen de enige bewoners van Klein Curaçao te zijn geweest, varen we naar de westpunt van Curaçao, vanwaar we de oversteek naar Aruba zullen doen. Onderweg pikken we de Zeezout op.
Bijna onder de aanvliegroute van het vliegveld liggen we ten anker. Altijd weer spectaculair, zeker als het hard waait en dat doet het. Voor ons in elk geval niet het moment om door te varen naar Santa Marta, maar de grote vraag is dan: wanneer dan wel.
Het is hét carnaval weekend. De avond voor de grote optocht is hartstochtelijk, met veel luid hoorbare muziek, terwijl we toch op een paar honderd meter afstand achter het anker liggen. Nee aan geluid geen gebrek. De optocht is overweldigend. In tegenstelling tot op Sint Maarten (ja, we zijn kenners) zijn de kostuums hier veel uitbundiger en word je goed vermaakt door de meer dan 10000 mensen die mee doen aan de optocht, met voor elk onderdeel een vrachtwagen volgebouwd met boxen. Het is blijkbaar gebruikelijk dat je een stukje “grond” aan de route reserveert voor je familie (stoelen, wc, barretjes of te wel een dagje uit met veel drank) want we kunnen niet aan de rand komen. Gelukkig blijft er op de tweede rang genoeg moois over en dreunt de muziek een ietsje minder door. Als we weer aan boord zijn kunnen we moeiteloos de optocht horen.
Ons doel is Santa Marta maar wanneer? We dubben heel wat af en het wordt ons ook niet gemakkelijk gemaakt. Kijk je ’s avonds naar het weerbericht dan “zou het kunnen” maar de volgende morgen is het al weer anders. Het is voornamelijk het weer ter hoogte van Santa Marta dat ons zorgen baart, al waarschuwen de pilots ook voor het eerste traject. We zien een weergaatje (we palaveren heel wat af) en we gaan. Tenslotte hebben we de wind van achteren en we zeilen niet voor het eerst.
Logboek gegevens (zeer verkort):
Maandag 17.00 -24.00 koers noordwestelijk, vrijvaren kust Venezuela, 15 mijls zone, afnemende wind
(achterlijk) > 15 knopen, 1 rif
Dinsdag 00.00 – 12.00 koers westelijk, afkruisen, 4 x gijpen (kotter in de boom, stukje kluiver), 15 – 18
knopen wind (achterlijk), 1 rif
Dinsdag 12.00 – 24.00 koers westelijk, afkruisen, 4x gijpen (kotter in de boom, 25 – 28 knopen (achterlijk), 2
reven
Woensdag 00.00 – 12.00 koers westelijk, afkruisen, 3x gijpen, van afnemende wind, > 12 knopen naar 25 – 30
knopen (achterlijk), ontreven (vol tuig) naar 2 reven
Woensdag 12.00 – 18.00 om de kaap, wind 45 – 48 knopen, 3 reven + stukje kotter, windhoek nu 120, invaren
marina 35 knopen
Wat is het mooi varen met een achterlijke wind. OK, we moeten behoorlijk aan de bak wantelke keer gijpen betekent eerst het grootzeil naar de andere kant (ik trek de grootschoot in en Corrie houdt de bulletalie op spanning) en dan de uitgeboomde kotter naar de andere kant (boom uit te kotter, voor de baby stag langs en weer zetten en dat allemaal op een zeer op en neer gaand schip). We worden er super handig in (alsof we in het majorette corps zitten, uiteraard zonder omhoog te gooien).
Het venijn zit hem echt wel in de staart. De Zeezout laat ons weten dat het wel heel erg hard poeiert om de kaap bij Santa Marta (ze varen een paar uur voor ons uit). We zetten een derde rif en maar goed ook. Grote jongens rollen onder ons door en we zijn blij dat we de luiken voor de ingang hebben gezet. We krijgen wel wat water over maar achter de verlengde ! buiskap is het droog zitten. Vinden we dit heel leuk, nee, maar het gaat allemaal prima en net voordat het donker wordt, varen we de haven in. Daar mogen we de Livingstone met een dwarswind van 35 knopen aan een vingersteiger proberen aan te leggen. We hebben 2x nodig en met 6 man op de kant. We zijn er en hoe. Hoewel de wind door de kuip giert zitten we tot lang in de avond met Annemarie en Rob van de Zeezout na te praten, onze oorlam stevig vast houdend. Colombia, here we are.
Santa Marta ligt mooi centraal om een aantal “Colombian musts” te bezoeken, maar niet alleen dat. Het is een ontzettende leuke levendige plaats waar het echte leven aan het eind van de middag op gang komt en tot in de kleine uurtje door gaat. Lekker sfeertje dus.
We boeken een trip naar “the lost city” en als echte hikers boeken we (wel ter plekke zelf regelen) een mulla (muilezel) want we zijn als “oudjes” niet van plan om de 47 kilometer met rug bagage te doen (de aangegeven prijs blijkt bij de start 4x meer te zijn maar dat is dan maar zo). Onze verwachting is dat het zonder bagage al zwaar genoeg is en dat wordt zonder meer waar.
Je wordt om 5 uur door neon verlichting gewekt, om half 6 ontbijt en om 6 uur op pad! Het is niet helemaal mijn ding maar je bent jong en je wilt wat en anders geen “the lost city”. Dus zit je al om elf uur aan de uitgebreide warme lunch ter voorbereiding op het tweede deel van de dag. Aan het eind van de dag wacht dan een heerlijke koude douche, eten en dan kruipt iedereen in zijn eigen cocon (gestapeld, op houten planken goed omgeven met een muskietennet) om zo uitgerust en stijf de volgende dag weer klaar te staan.
Het is wel heel bijzonder om door een gebied te lopen waar de mensen nog leven zoals vele eeuwen geleden. Echt contact is er niet, maar het zal je ook maar overkomen. Elke dag bekeken te worden door de vele toeristen die op weg zijn naar “the lost city”. Uiterlijk is er geen verschil tussen de man en de vrouw op de tas na (alleen door de man gedragen) en de halsketting voor de vrouwelijke persoon Ook lopen alleen de vrouwen op blote voeten. Iedereen heeft pikzwart lang haar. De kinderschare is groot (wat moet je ook anders doen als het 12 uur donker is en je hebt geen licht) en het leven is er simpel. Men leeft van de natuur en drijft wat handel en ik vraag me dan ook af hoe lang dit kan worden volgehouden want ook hier doet internet al haar intrede.
Als hoogtepunt natuurlijk de 1200 treden naar “the lost city” (pff). Het is nog geen 50 jaar geleden dat deze stad is ontdekt door boeren uit de omgeving. Het was volledig overwoekerd door het oerwoud. Wat boffen we met onze gidsen want door hen krijgen we een goed beeld van hoe het er is toegegaan. Men leefde van de landbouw en dreef wat handel met andere stammen en gelukkig is nu nog heel zichtbaar hoe groot de stad wel niet is geweest. Helaas zijn de (vele) schatten door de ontdekkers mee gejat en verkwanseld.
De manier van begraven laat heel goed zien hoe de stad vroeger is uitgedijd. Als de belangrijkste persoon van het huis overleed, werd hij zó onder de grond begraven dat zijn lange zwarte haren boven de grond aan een liaan konden worden bevestigd. Als dan die verbinding werd verbroken dan was de persoon geïncarneerd in een dier en kon het lichaam opnieuw begraven worden onder zijn huis en moest er ernaast een nieuw huis worden gebouwd (en zo ging het door). Dit wetende laat ik nu als belangrijk persoon mijn haar groeien en heb ik reeds bepaald dat ik in mijn volgende leven dolfijn zal zijn. Voor later betekent dit, dat als er over enige tijd een release komt van Flipper, ik dan de hoofdrol vervul (het is dat jullie het weten).
We brengen bijna vier uur door op het complex en dan is het tijd om huiswaarts te gaan. Sjouwen dus en we zijn blij dat we, na wederom twee nachten slapen aan de rand van de Sierra Nevada de Santa Marta, door een landrover worden opgepikt die ons terug rijdt naar Santa Marta. Moe, heeeeeel erg moe maar wat een beleving. De dag recuperatie aan boord van de Livingstone (hadden we echt nodig) na afloop, was het meer dan waard.
Zoals altijd: wordt vervolgd








Wat een geweldige blog weer, mooie fotos ook. Goed gedaan van die oudjes hoor! Na uitrusten toch maar weer ergens de benen strekken want anders verleren jullie het nog als de Livingstone weer onder zeil gaat. Veel plezier op de volgende locatie en we verwachten weer een mooi verhaal en fotos. Groetjes van de Zeezwaluwtjes nog steeds te Curaçao.
Weer een prachtig verhaal. Ik blijf even hangen aan die liaan. De haren van de overledene moeten wel erg lang zijn geweest. En lastig als je als Indiaan aan alopecia senilis leed. Bij een korte haardos zal het wel behoorlijk zijn gaan stinken. Wonderlijke gebruiken. En mocht je echt kiezen in welk dier je terug komt? De echte flipper van de film was overigens meervoud. Meerdere dieren die beurtelings de hoofdrol kregen. Jan, dat wordt dus een meervoudige persoonlijkheids structuur. Lijkt me een lastige rol. Zelf denk ik aan iets flexibels, sinds ik niet meer zo lenig ben als vroeger. Weet alleen nog niet wat. Ik ga erover nadenken. Grappig is wel dat in het oosten reïncarneren in een dier gezien wordt als een teruggang of een straf voor slecht gedrag.
Heb een fijne tijd en gelukkig weer een stormpje overleefd.
Volgende week starten we de motor van de Nine Marit.
Rob en Nienke
Goed verhaal Flipper
Wat een avonturen weer! Harde wind en harde bedden, maar een mooie beloning!