We gaan!
Of Olle nu geen zin in eten heeft in Suriname of elders (zie 3 blog 2017), dat maakt niets uit maar voor ons is het echt tijd om te vertrekken. Niet omdat het geen leuk land is (verre van dat) maar door alle consternatie met Olle hebben het gewoon gehad met Suriname en willen we weg! * We krijgen van de dierenarts een gezondheidsverklaring (Olle is “helemaal“ OK; detail, hij wil noch eten noch drinken dus spuiten we dat maar naar binnen) en zo varen we op maandag 27 februari (we hebben op je geproost Carola) de Suriname rivier af, beter gezegd, we worden (de)Suriname (rivier) uitgespuugd want door de stroom lopen we een lange tijd een dikke 11 mijl per uur en zo zijn we precies om middernacht, na 4 uur varen, bij de uiterton. Het is wel goed opletten want het is pikkie donker vanwege nieuwe maan en het wordt ons lastig gemaakt met alle lampjes op het land waardoor we maar moeilijk de spaarzaam neergelegde tonnen kunnen zien. Gelukkig hebben we in de plotter nog de gegevens van de heenweg staan dus zo moeilijk was het nou ook weer niet.
* Regelmatig krijg ik heel voorzichtig geformuleerde vragen in de trant van; ”hoe gaat dat nu met een hond varen”?, “is dat niet lastig” ?, “hoe doet ie nu zijn plas”? en “het is toch voor een hond veel leuker om op de wal rond te kunnen lopen” en meer van dat soort suggestieve vragen dan wel opmerkingen.
Ja, het is af en toe verdomd lastig om met een hond op reis te gaan en dan ook nog naar gebieden die niet erg als hond vriendelijk te boek staan maar . . . . . . . . . . . . . daaraan passen we ons aan. Dat betekent dat we niet al die dingen kunnen doen die we zonder Olle wel gedaan zouden hebben en is het soms even improviseren als we niet in een restaurant mogen eten (met Olle) dan wel dat het gewoon te heet is om met hem op stap te gaan. Het is gewoon hartstikke gezellig met hem aan boord en dat weten we al meer dan 11 jaar.
Het is een mooie tocht geworden in een voortdurende straffe wind (³ 25 knopen). We starten met 1 rif maar al ras zit het tweede erin. We varen zelfs het grootste laatste stuk met 3 reven in de main. In combinatie met de kotter en geholpen door de stroom die we mee hebben, gaan we met dat kleine stukje grootzeil nog super hard (>7 kn) en veel belangrijker, we varen comfortabel! We hebben een super boot in tegenstelling tot mijn lijf want de hele trip voel ik me katterig. De pilletjes die normaal altijd werken doen hun werk dit keer maar ten dele. Zelfs van happy hour kan ik niet genieten en ik beperk me tot cola puur wat op zich natuurlijk geen straf is.
We racen tussen Trinidad en Tobago door (wat een golven, eigenlijk moet je daar helemaal niet wezen met zoveel wind) en zo naderen we tegen de ochtend Grenada. Omdat we een kapotte startmotor hebben* (het was eerst wel even schrikken toen we daar achter kwamen, mede veroorzaakt door de brandlucht) wilden we pas ankeren (op zeil!) als het licht was dus zwaaien we naar Harbour St George en gaan nog niet naar binnen. Toen het licht werd overstag en op zoek naar een plek en plomp, natuurlijk net op een moment dat het begon te wapperen en te regenen.
Het ging perfect, alleen lagen we wel erg ver weg van de haven ingang, maar de strategie was: geen boten, zowel onszelf als anderen, in gevaar brengen, dus ruimte en nog eens ruimte (de laatste keer dat ik het zo op zeil heb gedaan was met de valk, kan je nagaan!). De volgende dag hebben we deze manoeuvre nog eens overgedaan zelfs in een nog hardere wind (wel 3 reven in het grootzeil) waardoor we nu mooi voor de haven ingang liggen. Heel voorzichtig beginnen we te denken aan een boot zonder motor (wat er niet is , kan ook niet kapot).
Als het goed is wordt de nieuwe startmotor uiterlijk woensdag ingebouwd en kunnen we de baaien rondom Grenada verder verkennen.
*
Normaliter gaat de sleutel waar je mee start na het starten automatisch terug in de neutrale stand maar hier is blijkbaar door wat lichte corrosie op de sleutel (zoute luchten) de sleutel blijven hangen waardoor er voortdurend contact werd gemaakt met de startmotor. En dan is 5 minuten gewoon te veel (de manual geeft aan dat zelfs al na 15 seconden continue starten, de boel kapot gaat).
Eindelijk in the Carieb. Blauwe luchten (vooruit, af en toe een buitje maar eigenlijk merk je daar niets van), een blauwe zee (kraak helder) met een watertemperatuur om te zoenen. Dit is wel even wat anders dan het bruine water van de Suriname rivier waar de piranja’s heer en meester zijn (en ik er dus niet inging).
En zo liep ik vanochtend vanuit bed rechtstreeks door naar achteren voor een duik. Je schrikt niet eens van het water (27 graden). Na een 20 minuten zwemmen zie ik Corrie klaar staan op het achterdek met een glas orange juice voorzien van een parasolletje, dus tijd om er uit te gaan.
Helaas was dit een fata morgana want de rest van de boot is nog in diepe rust en zo zit ik vervolgens heerlijk in de kuip (met een kop thee) te genieten van het ochtendgloren. Wat een leven en wat een schril contrast met drie hoog achter waar de kachel brandt met zicht op de Van Mesdagkliniek. We hebben het nog niet zo slecht.
Ondertussen zijn we al weer meer dan een week op pad en dat kunnen we zien aan onze accu’s die heel langzaam, maar dan ook heel langzaam hun lading verliezen (als je geen motor hebt kun je geen stroom draaien). Gelukkig doet onze windgenerator goed werk (voor St George waait het bij tijd en wijle behoorlijk) maar samen met onze twee zonnepanelen, net niet genoeg om de boel op peil te houden. We overwegen om een tapje te maken in St George, want daar kan nog wel een draadje bij, dachten we.
In “the Caribean” betekent ook dat toezeggingen wel eens niet worden nagekomen. De startmotor wordt nog niet ingebouwd simpelweg omdat hij er nog niet is. De grote vraag is dan; wanneer dan wel?
We spreken af dat we naar de Woburn Bay varen waar PalmTreeMarine zetelt, het bedrijf dat voor ons aan de slag gaat. In de eerste plaats om wat dichter bij het vuur te zitten maar ook omdat er voor de haveningang van St George een geweldige swell staat. Omdat we niet van slingeren op de plaats houden gaan we anker op en varen grotendeels in een mooie 5 bft , af en toe hobbelend over dikke golven, scherp aan de wind, naar onze nieuwe ankerbaai (aan de zuidkust van Grenada). Prima zeilomstandigheden en het verbaast ons dat we de enigen zijn die op zee zitten.
We hebben ondertussen voldoende ervaring opgebouwd met ankeren op zeil dus vlak voor de Marina gaan we stil liggen en laten het anker zakken. Een mooie tocht en nu maar wachten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .


